Nvidia lanceert compact DGX Spark-workstation

In dit artikel:

Nvidia brengt op 15 oktober de DGX Spark uit, een compact Grace‑Blackwell-workstation ter grootte van een Intel NUC dat gericht is op ontwikkelaars en onderzoekers die lokaal krachtige AI‑taken willen draaien. Het apparaat, eerder dit jaar tijdens CES aangekondigd als Project Digits, draait een aangepaste Ubuntu‑versie en biedt 128 GB gedeeld geheugen, zodat modellen tot ongeveer 200 miljard parameters lokaal inferentie en training kunnen uitvoeren zonder grote datacenterinfrastructuur.

De Spark is gebouwd rond de nieuwe GB10‑chip, een compacte variant van de Grace‑Blackwell Superchip die ook in Nvidia’s NVL72‑datacenters wordt gebruikt. Die SoC combineert CPU en GPU met een NVLink‑verbinding van 600 GB/s. De GPU levert tot een petaFLOP aan FP4‑prestaties (of circa 31 TFLOPS bij FP32), terwijl de CPU — ontwikkeld in samenwerking met MediaTek — twintig ARMv9.2‑kernen bevat (tien X925‑high‑performance en tien A725‑efficiënte cores). CPU en GPU delen LPDDR5x‑geheugen met ongeveer 273 GB/s bandbreedte, wat voordelen biedt bij geheugenintensieve workloads.

Nvidia positioneert de DGX Spark als betaalbaarder instapmodel in de DGX‑lijn: de startprijs ligt rond $3.000, aanzienlijk minder dan professionele GPU‑gebaseerde workstations (ter vergelijking: een RTX Pro 6000 met 96 GB kost ruim $8.000 exclusief rest van het systeem). Een extra troef is geïntegreerde ConnectX‑7 netwerktechnologie met twee 200 Gbps QSFP‑poorten; gekoppelde Spark‑units kunnen samen modellen tot circa 405 miljard parameters (4‑bit) verwerken. De Spark wordt verkocht via partners als Acer, Asus, Dell, Gigabyte, HPE, Lenovo en MSI, en schept zo ruimte voor krachtige, energiezuinige AI‑werkstations buiten traditionele datacenters.