Achtergrond - WordPress-rivalen vechten om geld en macht: zo raakt het miljoenen sites
In dit artikel:
Het conflict tussen Automattic (achter WordPress.com) en hostingbedrijf WP Engine sleept al meer dan een jaar voort en draait om opensource, invloed en geld. De ruzie escaleerde op 17 september 2024 tijdens WordCamp US, nadat Automattics ceo Matt Mullenweg in een blogpost bedrijven aanklaagde die volgens hem profiteren van opensource zonder voldoende terug te geven. Mullenweg richtte zijn pijlen vooral op WP Engine, dat sinds een grote investering van Silver Lake (250 miljoen dollar in 2018) deels onder invloed van externe investeerders zou staan.
Concurrentie en inkomsten liggen aan de basis: Automattic wilde een zevenjarig licentieakkoord met WP Engine waarin laatstgenoemde rond acht procent van de omzet zou betalen voor het gebruik van handelsmerken. Toen die onderhandelingen stukliepen, escaleerde de strijd en volgden wederzijdse rechtszaken. WP Engine beschuldigt Automattic van machtsmisbruik en afpersing, onder meer omdat Automattic eind september 2024 WP Engine van WordPress.org plaatste — een verbanning die klanten trof doordat zij plots geen toegang meer hadden tot plug-ins en thema-updates, met mogelijke beveiligingsrisico’s tot gevolg. Een rechter draaide die ban in december 2024 voorlopig terug; het geschil gaat door en staat gepland voor procesvoering begin 2027.
Automattic diende op haar beurt tegenvorderingen in met vage schadeclaims over misleidende marketing, SEO-manipulatie en valse beloften van WP Engine. Tegelijk wijzigde de WordPress Foundation stilzwijgend haar handelsmerkenbeleid: een eerdere, ruime vermelding dat de afkorting ‘WP’ vrij te gebruiken was verdween eind september 2024 en WP Engine wordt sindsdien expliciet als mogelijk verwarrend voorbeeld genoemd. Die beleidswijziging voedde kritiek dat Mullenweg zijn dubbele rol — medeoprichter van het opensource-cms en leidinggevende van een commercieel bedrijf — te ver heeft doorgetrokken. Aanklachten van de community omvatten persoonlijke inmenging (zoals het gebruik van officiële kanalen voor privéacties), het deactiveren van kritische accounts en een algemene vrees voor repercussies.
De onenigheid raakt de bredere WordPress-ecosystem: gebruikers en ontwikkelaars zijn gedupeerd, er is onrust over leiderschap en governance, en externe partijen reageerden. De Linux Foundation lanceerde bijvoorbeeld de FAIR-packagemanager als alternatief voor de bestaande plug-indistributie, zodat sites minder afhankelijk worden van de strijdende partijen. WordPress zelf blijft een dominant cms (Automattic noemt circa 43–62 procent marktaandeel afhankelijk van de meetwijze), wat de inzet van deze machtsstrijd verklaart: veel geld en veel websites staan op het spel. Hoe de juridische en bestuurlijke knopen worden ontwart, kan de toekomst van WordPress-communitybestuur en commerciële verhoudingen binnen het ecosysteem blijvend veranderen.